Overlast door bijen en wespen

Een bijenzwerm in jouw tuin?

In de lente en de zomer komt het voor dat bijen gaan zwermen. Zwermen is een natuurlijk verschijnsel, dat rond mei-juni plaatsvindt. Een bijenvolk groeit tot haar hoogtepunt. Op een gegeven moment wordt de bijenkast te klein voor het bijenvolk. Het zal zich willen opsplitsen in meerdere volken.

Een bij is niet gevaarlijk, maar een nest in de buurt kan wel hinderlijk zijn of als hinderlijk ervaren worden.
Doe zeker niets om de bijen te schaden, want zij zijn noodzakelijk voor het ecosysteem. Ze zijn hierdoor ook een beschermde diersoort.

Je kan de bijennest wel laten weghalen door een imker, die deze dan veilig een nieuwe thuis geeft.
In Gingelom kan je contact opnemen met:

Heb je een Aziatische hoornaar gezien, dan is het belangrijk deze te melden aan Vespa-watch. 
De Aziatische hoornaar heeft het namelijk gemunt op onze bijen. Vespa-watch volgt de vliegroutes van de Aziatische hoornaar om nesten te vinden, die dan verdelgd kunnen worden.

Overlast door wespen

Je hebt een wespennest en je wilt het laten verdelgen door de brandweer? Zij staan klaar om je te helpen. We vragen tegelijk om alleen hinderlijke of echt gevaarlijke wespennesten te melden. Het lijkt misschien niet altijd zo, maar wespen zijn erg nuttige dieren. Ze jagen op vliegen, bladluizen en muggen. Ze zijn ergens dus ook bondgenoten van de mens.

Bovendien is het gif, dat bij verdelging gebruikt wordt, schadelijk voor alle levende organismen. Heb je een wespennest achteraan de tuin of in een hok waar je nooit komt? Dan is een verdelging niet nodig.

Nesten van bijen of hommels worden NIET vernietigd of weggehaald.

Wespennesten kan je melden via dit formulier of via de wespenlijn 011 24 88 01.

Blijkt na de melding dat de verdelging door de brandweer niet meer nodig is (bv. omdat het om bijen of hommels gaat, omdat het nest al verdelgd is, …) dan mogen mensen dat ‘afmelden’ via de wespenlijn van de hulpverleningszone tel.: 011 24 88 01

Meer info over de werkwijze, kostprijs, etc. kan je terugvinden op de website van de brandweer.